Inhoudsopgave
Welk ministerie is verantwoordelijke voor het gemeenschappelijk landbouwbeleid?
Het gemeenschappelijk landbouwbeleid wordt beheerd door het directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling van de Europese Commissie.
Waar dient het GLB voor?
Het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) moet ervoor zorgen dat er genoeg voedsel wordt verbouwd op een duurzame manier. Het huidige Gemeenschappelijk Landbouwbeleid bestaat uit twee onderdelen: landbouwsubsidies en subsidies gericht op plattelandsontwikkeling.
Hoeveel boeren zijn er in Europa?
De EU telt nog steeds tien miljoen landbouwers (van wie liefst 3,5 miljoen in de nieuwste lidstaten Roemenië en Bulgarije, vijfmaal zoveel als de VS. Gezinslandbouw doet het bij ons dus beter dan over de plas.
Wie bepaalt waar gebouwd mag worden?
De gemeente mag binnen die richtlijnen specifiek toewijzen waar gebouwd mag worden. In een bestemmingsplan legt de gemeente vast wat er met een bepaald stuk grond gedaan mag worden. Bestemmingsplannen gelden over het algemeen over een gedeelte van het buitengebied of een hele wijk.
Waar beslist de provincie over?
De provincie: bepaalt of steden en dorpen kunnen uitbreiden en waar bedrijventerreinen en kantorenparken mogen worden aangelegd. Dit staat in de Wet ruimtelijke ordening; bepaalt waar wegen, spoorwegen, scheepvaartverbindingen, industriegebieden, agrarische en natuurgebieden en recreatieve voorzieningen komen.
Waarom heeft de EU een landbouwbeleid opgestart?
De Europese Unie moest zichzelf kunnen voorzien van voedsel en zo min mogelijk afhankelijk zijn van de import uit andere landen. Daarom werd het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid opgericht. De Nederlandse eurocommissaris Sicco Mansholt was een van de grondleggers van dit beleid.
Wat is GLB subsidie?
Het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) moet ervoor zorgen dat in Europa genoeg voedsel wordt geproduceerd op een duurzame manier. Het GLB stimuleert met subsidies en via marktordening dat consumenten voor redelijke prijzen landbouwproducten kunnen kopen en dat landbouwers een redelijk inkomen hebben.