Wat wil DNA zeggen?
Desoxyribonucleïnezuur, afgekort als DNA (Engels: Deoxyribonucleic acid, in het Engels zonder s), is een biochemisch macromolecuul dat fungeert als belangrijkste drager van erfelijke informatie in alle bekende organismen, maar ook in virussen (met uitzondering van RNA-virussen).
DNA is een verzamelpakket en de belangrijkste drager van ons erfelijk materiaal. Al onze celkernen bestaan uit 46 chromosomen, 23 van je moeder en 23 van je vader. Een DNA-onderzoek maakt het mogelijk je etnische achtergrond te ontdekken, een moord op te lossen, ziektes te bestrijden en genen te repareren.
Hoe is een DNA opgebouwd?
Hoe is DNA opgebouwd? Een DNA-molecuul is opgebouwd uit twee lange strengen, nucleotiden genoemd. Deze zitten om elkaar heen verstrengeld in een opwaartse spiraal en maken zo een dubbele helix. De twee strengen, de ruggengraat, bestaat uit desoxyribose, wat een soort suiker is, en een fosfaatgroep.
Wat is een DNA-kenmerk?
Een DNA-kenmerk kunnen we maken van alle chromosomen. Al deze kenmerken samen vormen een DNA-profiel. Omdat de herhalingen en de lengte van de STR’s per persoon verschilt maakt het iemand uniek.
Wat is de afkorting van DNA?
DNA is een molecuul. Dit is heel klein en nauwelijks met het blote oog te bekijken. DNA is een afkorting van deoxyribonucleid acid. In het Nederlands deoxyribonucleinezuur. Johan Friedrich Miescher ontdekte DNA. Hij vond het in witte bloedcellen die hij in het afval van het ziekenhuis had gevonden.
Hoe maken onderzoekers een DNA-profiel?
Wanneer de onderzoekers genoeg DNA hebben, kunnen ze een DNA-profiel maken. Dit doen ze door te kijken naar de DNA-kenmerken op tien verschillende gebieden op het DNA. Dit geven ze weer door, de eerder genoemde, cijfers en de pieken. Aan de hand van het gevonden DNA-profiel gaan zij op zoek naar een ‘match’.