Hoe lang duurde de renaissance?
De Renaissance duurde van ongeveer 1350 tot 1600 na Christus. Dat is dus ongeveer 650 jaar geleden. Deze periode heeft als belangrijk kenmerk de grote veranderingen op het gebied van de kunst en het menselijk denken.
Wat waren de gevolgen van de renaissance?
Gevolgen. De Renaissance had de volgende gevolgen: Een veranderend wereldbeeld door het ontdekken van andere werelddelen en de bloei van de wetenschap. Dit zorgde ervoor dat het beeld dat men had gehad over hoe de wereld eruit zag, werd bijgesteld.
Wat was de muziek van Renaissance?
De muziek van de renaissance bouwde voort op de polyfone ontwikkelingen van de late middeleeuwen, maar was ook een reactie tegen de complexiteit van de Ars Nova. Dit nam de vorm aan van eenvoudiger, soepeler vloeiende melodieën en harmonieën, met minder nadruk op de zeer gestructureerde contrapuntische composities.
Wanneer begon de renaissance in Italië?
De renaissance als laatmiddeleeuwse culturele beweging begon in Italië in de veertiende eeuw (trecento) en verspreidde zich in de volgende eeuwen over het grootste deel van Europa.
Waar begon de Europese renaissance?
De Europese renaissance begon in het Italiaanse Florence, waar rijke en machtige mensen opdrachten, zoals de familie di Medici, gaven aan kunstenaars en architecten om hun stad en hun huizen mooier te maken. Leonardo da Vinci, Michelangelo en Rafaël behoorden tot tot wat soms ‘de gouden eeuw’ van de Italiaanse renaissance genoemd wordt.
Wat is de geschiedenis van de renaissance?
Doorgaans wordt de Renaissance in drie fasen ingedeeld: de Vroege Renaissance (ca. 1350-1500, met als centrum Florence), de Hoge Renaissance (van 1500-1530 in met name Florence, Rome, Venetië en Milaan en verbreiding invloed naar heel Europa) en het de Late Renaissance (ook wel Maniërisme genoemd) van ongeveer 1530-1600.
Wat zijn de kenmerken van Renaissance?
Wij noemen de Renaissance daarom ook wel de wedergeboorte van de klassieke oudheid. Deze periode in de Europese geschiedenis heeft de volgende belangrijke kenmerken: Een sterke oriëntatie op de klassieke oudheid. De ‘renaissancisten’ vonden dat de tijd waarin zij leefden een wedergeboorte was, na de duistere middeleeuwen.