Inhoudsopgave
Is het geblazen of Geblaast?
geblazen – Werkwoord 1. voltooid deelwoord van blazen geblazen – Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord geblaas Woordherkomst voltooid deelwoord van blazen Uitdrukkingen en gezegden ♦ Beter hard geblazen dan de mond gebrand. …
Wat is blaat in de verleden tijd?
De verleden tijd van blaten is ‘blaatte’. Het voltooid deelwoord is ‘heeft geblaat’.
Wat betekent blazen?
blazen – Werkwoord 1. (inerg) een luchtstroom veroorzaken ♢ Blaas even, dan koelt het wel af. ♢ In het zakje blazen.
Wat is de verleden tijd van wachten?
wachten/vervoeging
| vervoeging van de bedrijvende vorm van wachten | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs | ||
| tegenwoordig (o.t.t.) | wacht | wacht |
| verleden (o.v.t.) | wachtte | wachtte |
| toekomend (o.t.t.t.) | zal wachten | zult/zal wachten |
Wat is de verleden tijd van uitblazen?
uitblazen/vervoeging
| vervoeging van de bedrijvende vorm van uitblazen | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs | ||
| tegenwoordig (v.t.t.) | heb uitgeblazen | hebt uitgeblazen |
| verleden (v.v.t.) | had uitgeblazen | had uitgeblazen |
| toekomend (v.t.t.t.) | zal uitgeblazen hebben | zal/zult uitgeblazen hebben |
Wat is de verleden tijd van loeien?
loeien/vervoeging
| vervoeging van de bedrijvende vorm van loeien | ||
|---|---|---|
| onbepaalde wijs | lang | |
| tegenwoordig (o.t.t.) | loei | loeien |
| verleden (o.v.t.) | loeide | loeiden |
| toekomend (o.t.t.t.) | zal loeien | zullen loeien |
Wat is blaten?
blaten – Werkwoord 1. (inerg) (dierengeluid) het geluid van een schaap maken ♢ Het schaap stond in de wei te blaten. 2. luid zeuren, mekkeren, blèren ♢ Op school leren we dat we ons moeten inspannen om ons een ambacht of vak, kennis of kunde eigen te maken.
Wat is blazen straattaal?
schieten met een vuurwapen.
Wat is blijkt?
blijken – Werkwoord 1. (copl) uit iets duidelijk (geworden) zijn ♢ Het huis bleek veel te groot. 2. (modl) ~ te zijn uit iets duidelijk (geworden) zijn ♢ Hij bleek vroeger in Nederlands Nieuw-Guinea geweest te zijn.
Is het beloofd of belooft?
Als persoonsvorm, horend bij een tweede of derde persoon enkelvoud in de tegenwoordige tijd, is belooft juist. Achter de stam beloof komt een t.
